Ernstige orthodontische afwijkingen

image/svg+xml

Verzekeringstermen: Artikel 8/ (I.O.T.N. 5+)

Congenitale/aangeboren afwijkingen

  1. Cheilo- en/of gnatho en/of palatoschisis
  2. Craniofaciale afwijkingen geclassificeerd volgens Gorlin & Cohen in:Syndromes of the head and neck (Oxford University Press, 1990).

Ziekten en andere verworven afwijkingen

  1. Juveniele rheumatoïde arthritis
  2. Hormonale stoornissen voor zover deze invloed hebben op de groei van het craniofaciale complex b.v. groeihormoon deficienties, pubertas praecox.
  3. Verstoorde groei van het cranio faciale complex t.g.v radiotherapie en/of chirurgische therapie op jonge leeftijd i.v.m. een oncologische afwijking
  4. Progressief groeiende lymphangiomen en haemangiomen
  5. Ankylosis van het kaakgewricht
  6. Hyperplastische groei van één of beide condyli.
  7. Trauma van het kaakstelsel (niet bedoeld is trauma van gebitselementen) waardoor orthodontische begeleiding nodig is

Seriously handicapping malocclusions

  1. Oligodontie van vier of meer blijvende gebitselementen in één kaak exclusief derde molaren met functiestoornissen als gevolg
  2. Mesiorelatie (Klasse III) met een omgekeerde overjet van meer dan 3,5 mm met kauw- en/of ernstige objektiveerbare spraakproblemen
  3. Distorelatie (Klasse II) met een overjet van meer dan 13 mm met kauw- en/of ernstige objektiveerbare spraakproblemen
  4. Laterognathie met ernstig aantoonbare asymmetrie van het gelaat
  5. Aanwezigheid van meer dan één geretineerd gebitselement, waarbij een gecombineerde kaakchirurgisch-orthodontische behandeling geïndiceerd is en de behandeling gericht is op het in de tandboog aanbrengen van de betreffende elementen.
  6. Zeer diepe beet met gingivaal of palatinaal trauma met aantoonbare schade aan het parodontium